B-lettering

29/06/2020

Architect Willem Marinus Dudok (1884-1974) maakte van zijn Hilversumse raadhuis een waar Gesamtkunstwerk. Verlichting, meubels, klokken, decoraties en zelfs de geschenken die de gemeente bij de opening werden aangeboden, alles moest perfect passen in ‘zijn’ raadhuis. Daarom hield hij alles in eigen hand, tot in de kleinste details.  En ook daarom ontwierp hij zelf het lettertype dat gebruikt werd voor de belettering van de talloze bordjes om de verschillende ruimtes aan te duiden. Zo leidt de bouwmeester ook nu nog bezoekers met strakke hand door zijn meesterwerk. Foutloos wijst zijn letter hen de weg. Hoewel, foutloos? Waarom zijn er dan twee verschillende hoofdletters B?


Twee verschillende B's in de belettering van het raadhuis van Dudok.

Aandacht voor typografie

Het was niet ongebruikelijk voor architecten aan het begin van de twintigste eeuw om zich met typografie bezig te houden. Berlage, Wijdeveld, Dudok, Rietveld, allen ontwierpen hun eigen persoonlijke en decoratieve lettertypen. Zij hoefden, anders dan de professionele letterontwerpers, geen rekening te houden met de beperkingen van drukletters, waardoor er een veelheid aan lettervormen verscheen. Dudok liet een grote verscheidenheid aan lettertypen zien in zijn ontwerptekeningen.

Als luitenant-ingenieur in het leger maakte Dudok in 1911 een van zijn eerste gebouwontwerpen, een tehuis voor militairen in Den Helder. Op de schets voor de conversatiezaal van dat tehuis is te zien dat Dudok niet koos voor een strakke militaire belettering. De letters A, R en vooral de S van het titelopschrift vertonen enige onmilitaire frivoliteit, een eerste teken van Dudoks aandacht voor en interesse in de typografie.

In 1916, Dudok werkte inmiddels bij de gemeente Hilversum, ontwierp de architect zijn eerste woningbouwcomplex voor die gemeente. Hij tekende een prachtige aquarel van het plan met een al even mooie legenda. De klassieke omlijsting die Dudok aan de tekst gaf – twee dorische zuilen die een architraaf dragen – is heel passend voor de toegepaste lettervorm. De klassiek aandoende schreefletter lijkt uit steen gehouwen. Niet voor niets wordt zo’n lettertype ook wel als Romein aangeduid. Daar waar de tekst niet helemaal paste binnen de beschikbare ruimte, heeft Dudok de letters op een sierlijke wijze passend gemaakt.

Het ontwerp voor de sportparktribune laat een heel ander lettertype zien. Dudok ontwierp de tribune in 1919 in de in die tijd populaire Amsterdamse Schoolstijl. Het lettertype op het eerste schetsontwerp van de tribune is strakker dan de vaak zwierige Amsterdamse School-typografie, maar in de cijfers is deze stijl goed herkenbaar. Kenmerkend zijn hier een vrijwel onzichtbare S, die alleen door een schuine streep is weergegeven, de O met puntje er in, de geometrische en strakke N en U (als een V geschreven). Opvallend is verder dat de dwarsbalk van de A zich vrijwel onderaan de letter bevindt, terwijl die van de letter E vrijwel bovenaan is geplaatst. Dezelfde A, E, en N vinden we op een schetsontwerp uit 1922 voor een stedenbouwkundige aanpassing. Maar hier ontbreken de puntjes in de letter O en het cijfer 0, en de letter S is aangepast aan het overige lettertype.

W.M. Dudok, Schetsontwerp conversatiezaal tehuis voor militairen in Den Helder, 1911 [Het Nieuwe Instituut].
Rechts detail van de belettering met de zwierige A, R en S.


W.M. Dudok, Aquarel 1e woningbouwcomplex Hilversum, 1916 [Het Nieuwe Instituut]. Rechts detail van de belettering.
De letters lijken in steen gebeiteld en hebben een klassieke dorische omlijsting gekregen.


W.M. Dudok, Schetsontwerp van een sportpark, 1919 [Het Nieuwe Instituut]. Rechts details van de belettering.
Amsterdamse school-details zijn herkenbaar in de cijfers, de letters zijn sterk geometrisch vormgegeven.


W.M. Dudok, Ontwerp toegangsweg, 1922 [Het Nieuwe Instituut]. Rechts detail van de belettering
met asymmetrische vormgeving.

Moderne vormgeving

In de jaren twintig ontstonden nieuwe lettervormen die in tegenstelling tot de traditionele typografie vaak sterk asymmetrisch waren. Ontwerpers benadrukten contrasten tussen horizontale en verticale richtingen, grote tegenover kleine lettercorpsen en vette tegenover magere letters. De schreefloze letter kwam op omdat deze meer mogelijkheden bood dan de schreefletter. Dudoks lettertypen uit die jaren getuigen eveneens van een dergelijke moderniteit. Vooral de asymmetrie is in de meeste ontwerpen terug te vinden, schreefloze letters en schreefletters werden door de architect beide toegepast. Dudok bleef tot in de jaren vijftig experimenteren en variëren met lettertypen hoewel de afwisseling na de Tweede Wereldoorlog afnam.

Verschillende door Dudok gebruikte lettertypen in resp. 1925, 1926 en 1929.
Dudok gebruikte zowel schreefletters als schreefloze letters.

Raadhuisontwerp

Dudoks eerste ontwerpschetsen van het raadhuis van Hilversum dateren uit 1924. Op deze schetsen prijken dezelfde A, E en N als op het ontwerp voor de toegangsweg uit 1922 . De S is iets meer uitgesproken, maar vooral valt op dat de letters niet meer allemaal van gelijke breedte zijn, wat goed te zien is in het verschil tussen de breedte van de H en de U.

Het raadhuisplan werd gedurende enkele dagen in juli 1924 tentoongesteld in de gymnastiekzaal van de Rembrandtschool om geïnteresseerden er kennis van te laten nemen. Dudok ontwierp speciaal hiervoor een affiche, die een bijzonder uitgewerkte typografie kreeg. Er zijn overeenkomsten met het lettertype op de eerste schetsontwerpen in het woord ‘raadhuis’, maar in de daarvan afwijkende belettering van het woord ‘tentoonstelling’ en vooral ook in de signatuur ‘architect W Dudok’ valt op hoeveel aandacht Dudok voor de typografie had.

Na 1924 duurde het nog enkele jaren voordat daadwerkelijk met de bouw van het raadhuis werd begonnen. Dudoks ideeën over het raadhuisplan bleven gedurende die tijd niet stilstaan en in 1928, kort voor de bouw zou beginnen, maakte de architect een nieuw uitvoeringsontwerp dat op diverse punten afweek van zijn oorspronkelijke ontwerp. Ook de belettering was weer een beetje anders geworden, evenals dat steeds het geval was in de vele detailtekeningen die volgden. Het is overigens niet uitgesloten dat sommige van de detailontwerpen door een assistent werden uitgewerkt die vervolgens ook de ontwerptekening maakte. Maar Dudok kennende als architect met aandacht voor de details, zal hij zeker ook gelet hebben op de juiste uitvoering van de typografie en afwijkingen niet hebben toegestaan.


W.M. Dudok, Ontwerp raadhuis begane grond, 1924 [Het Nieuwe Instituut]. Rechts detail van de belettering
met de uitgesproken S.


W.M. Dudok, Ontwerp raadhuis begane grond, 1929 [Het Nieuwe Instituut]. Rechts detail van de belettering.


W.M. Dudok, Affiche tentoonstelling, 1924 [Het Nieuwe Instituut]. Rechts detail.

Dudoks alfabet

Het zijn forse kapitalen die Dudok voor zijn raadhuis ontwierp. Karakteristiek voor het lettertype zijn de laag onder het midden geplaatste dwarsbalken bij de letters A, E, F en H, de grote rondingen bij de B, P, R en S, de cirkelvormige en brede C, G, O en Q en de juist heel smalle H, K, L, N en T. In het raadhuis vind je ruimteaanduidingen in dit lettertype bij de trouwkamer, tuinkamer, raadzaal, (dames- en heren) toiletten, koffiekamer, omroepkamer, lift en garderobe. Het bordje Belet (dat niet meer in gebruik is) is te vinden bij de kamers van de burgemeester en de wethouders.

Een opmerkzame bezoeker zag onlangs tijdens een rondleiding dat de letter B op de tekstbordjes ‘BELET’ en ‘GARDEROBE’ verschillend zijn. De ‘B’ in Belet heeft de grote bolling aan de onderzijde, terwijl de ‘B’ in Garderobe deze aan de bovenzijde heeft. Is hier sprake van een onopgemerkt foutje, of heeft Dudok doelbewust twee verschillende uitvoeringen van zijn letter B gebruikt?

De diverse ontwerptekeningen die Dudok van het raadhuis maakte tonen aan dat de architect niet consequent dezelfde lettervorm toepaste. Ook in de detailuitwerkingen zien we verschillen in belettering terug. Die verschillen zitten vooral in de positie van de dwarsbalkjes, altijd asymmetrisch geplaatst, maar soms boven aan de letter en soms aan de onderzijde. De letter B heeft soms de grote bolling aan de bovenzijde, soms aan de onderzijde. De lettervorm van het opschrift ‘GARDEROBE’ gaat tussen 1924 en 1928 mee in de verandering die Dudok in de typografie aanbracht.


Lettervorm GARDEROBE 1924 resp. 1928.


W.M. Dudok, Opschriften voor schelinstallatie, 1931 [Het Nieuwe Instituut].

Doelbewust

Het huidige opschrift ‘GARDEROBE’ sluit aan bij de laatste ontwerpschetsen die Dudok vanaf 1928 voor het raadhuis heeft gemaakt. Maar hoe zit het dan met het opschrift ‘BELET’? In februari 1931 ontwierp Dudok de naamsaanduidingen voor op de contactbordjes van burgemeester en wethouders. Bij deze opschriften voor de schelinstallatie, zoals ze op de ontwerptekening werden aangeduid, is ook het bordje ‘BELET’ te zien, precies in het ontwerp zoals dat nu in het raadhuis te vinden is. Ook hier lijkt het er dus op dat de typografie die Dudok op zijn schetsontwerp heeft aangegeven, correct is overgenomen.

Daarmee lijkt de conclusie gerechtvaardigd dat het mysterie van de twee B’s in het raadhuis geen onopgemerkt foutje is, maar dat beide lettervormen doelbewust door Dudok voor het raadhuis werden ontworpen en toegepast. Een toelichting van de architect zelf op de typografie ontbreekt helaas, maar gezien zijn oog voor detail kunnen we gerust aannemen dat aan elke lettervorm de nodige aandacht is besteed.
De ‘Dudok’, zoals de raadhuisletter inmiddels is gaan heten, is het Hilversumse bouwwerk al lang ontstegen. Het lettertype, of font, is al enkele jaren gratis te downloaden en wordt op grote schaal toegepast als kopletter in digitale teksten. Met – helaas – maar één soort B. Die van GARDEROBE.

Joke Reichardt, juni 2020.

Het Dudok-font is hier te downloaden

Hieronder diverse ruimte-aanduidingen in Dudoks raadhuis van Hilversum


Reacties

Reacties zijn gesloten.



website: sbddesign.nl